Nachtuur

Lieve Allemaal

De hagedisachtige beesten die hier in elk huis wonen heten tokeh’s . What’s in a name? Nou, het is meer van ‘the name gives it away’. Kakten ze eerst elke nacht dikke klodders net voor mijn schrijftafel – van zes meter hoogte plats plets – nu doen ze het bovenop de tafel. Ja, je kon er op wachten hé; tokeh’s. De vleermuizen doen weliswaar hetzelfde vanuit de nok van het dak maar dat is buiten en bovendien brengen vleermuizen geluk. Ook smerig maar toch anders. De pomp van het zwembad bleef steken. Gebeurt wel eens. Vuiltje tussen de klep en het water loopt terug in de bak die dan, overvol, overstroomt. Makkelijk op te lossen; de pomp even opnieuw aandoen, vuiltje spoelt weg en klaar. Maar even niet als de elektriciteit net op dat moment uitvalt. Tuin onder water, halfleeg zwembad. (Of noem je, in het kader van positief zijn, een zwembad ook halfvol?) En een rat heeft een rol plakband uit de studio gejat. Onder de oven teruggevonden, nog wel plak, geen band meer. Ik denk dat ik zo mijn problemen wel uitputtend heb behandeld, meer is er niet.

Het heet geluk. Het laat ook alle ruimte om veel te denken, een luxe; vaak een genoegen, soms een last. De meeste mensen in mijn omgeving hebben hun handen (en hoofd) vol met dagelijkse beslommeringen. Hoewel minder heftig dan in Afrika is ook hier de vraag hoe er eten op tafel komt. Dat, de aflossing van de motor, elektriciteit en, natuurlijk, hoe betaal ik al die offers en ceremonies. Scholing van de kinderen staat dan, misschien begrijpelijk, lang niet overal op de eerste plaats en zo blijft de cirkel rond.

Over hoe het leven verder ingericht is of zou moeten worden weinig gedachten. De, soms heftige, ontwikkelingen in Indonesië krijgen hier nauwelijks aandacht. In een lang gesprek met een onderwijsdeskundige uit Singapore kwamen we er op uit dat de ‘waarom’ vraag hier uit het onderwijs gebannen is. ‘Leer kinderen hoe te denken, niet wat te denken’ las ik ergens. Klaarblijkelijk leidt dat tot een onzekerheid die zo bedreigend is dat het establishment er hier niet aan wil. Toen mijn gesprekspartner op een school voorstelde dat het beter zou zijn de kinderen zelf de vrucht die de lerares in haar hand te laten benoemen, zelf de kleur aan te geven en wellicht zelfs de vrucht (het was een appel) samen open te snijden om verder te onderzoeken, meende de lerares dat zoiets maar tot verwarring zou leiden. En vruchten snijden, dat mochten ze niet.

Een denkende (midden)klasse is de schrik van elke dictator en elk uitbuitend systeem, het is niet voor het eerst dat ik denk dat het sommige mensen hier goed uitkomt dat het schoolsysteem zo belabberd is. Het waarom, als altijd zijn er geld en macht in het geding, zal ik wel nooit echt begrijpen. Goed beschouwd is er wel veel dat ik niet begrijp. Hoe je een bijstandstrekker financieel kan schofferen om een foutje of verschrijving en tegelijk forse, ten onrechte verkregen bedragen afdoen als klein bier is ook zoiets.

Het is even uitgesteld, het ziet er niet naar uit dat het tot afstel komt; weer negen mensen zullen hier voor het vuurpeloton worden geleid. Onder de slachtoffers – kun je ze anders noemen? – zijn twee Australiërs. Er zijn veel redenen om tegen de doodstraf te zijn, één is mij al ruim voldoende; je verlaagt je niet tot het niveau van een dader. Mogelijke dader omdat de geschiedenis leert dat in elke rechtspraak fouten (soms) worden gemaakt. Zoals Nederland dat een aantal weken geleden deed, doet nu de Australische overheid haar best dit oordeel, voor haar eigen burgers!, van tafel te krijgen. Wij, Australië, hebben jullie tien jaar geleden met een miljard dollar geholpen toen de tsunami toesloeg, jullie zijn dit nu aan ons verplicht. En daarnaast de dreiging van een boycot van Bali als toeristenbestemming.

Een kleine rimpeling tussen de stormen van de wereld, die evenzogoed mensenlevens betreft. Een bittere illustratie van een mentaliteitskloof. Ook van selectieve verontwaardiging en een westers superioriteitsgevoel dat zijn pendant vindt in het gevoel in dit land als minder te worden gezien. Doodstraf moet de wereld uit maar deze stappen brengen hakken in het zand.

Intussen werken voor de tentoonstelling in glasgalerie Leerdam, opening 17 mei a.s. Hieronder twee objecten en het gedicht dat aan de basis lag.

Lieve groet, Frank

IMG_2102IMG_2120_2 Document3

speaking terms

Hij is acht jaar oud en op de, tot drie keer toe herhaalde, vraag van zijn leraar of hij Charlie was antwoordde hij ontkennend. Nee, Nee, NEE ?!? Nee, hij was voor de terroristen. Een paar uur lang werd dit levensgevaarlijke kind ondervraagd door de politie. Nee, hij wist ook niet wat terrorisme was maar hij was moslim en die cartoons, dat moest niet zijn.

De terroristen hebben succes; paniek en idioot gedrag, het resultaat is zonder twijfel nog meer verdriet dan wat we tot nu hebben gezien.

Lieve Allemaal

Gezinsuitbreiding! Ik ben er wat laat mee maar nu is het toch zover en gelijk wel fors. In de vijver langs het huis wonen (woonden) ongeveer dertig “komets”, kleine rood/oranje visjes. Dat is niet meer zo, een telling vanmorgen leerde dat het er intussen vijftig of meer zijn. Redelijk dikke pappa’s en mamma’s en een flink aantal heeeele kleintjes. Is het een teken dat ze het wel naar hun zin hebben – alles goed en in orde – of hebben ze zich zo verveeld dat ze toen maar… Ik weet het niet maar geniet intussen van een klein wonder.

Velen in Penestanan zijn bezig met de komende crematies, drie maanden verderop in de tijd. Vanavond at ik bij Ibu Putu en zij besteedt elk vrij uurtje aan het maken van bepaalde onderdelen van de offers die gebracht gaan worden. Bergen, grote bergen offers. Vier leden van haar familie zijn in de afgelopen tijd overleden en worden dus gecremeerd. Ze hoopt maar zo dat het genoeg is voor alle offers; elke dag vlijtig knutselend heeft ze daar toch zorg over. Het is anders dan bij ons in het westen maar haar oprechte betrokkenheid raakt me. Hindoeïsme is een van de grote wereldreligies (al zullen mensen uit India, het grootste Hindoe land, de gebruiken in Bali nauwelijks herkennen) en van de rituelen begrijp ik weinig tot niets, wat achter die rituelen verborgen ligt is niet veel anders dan waar dan ook. Een religieus gevoel dat gekanaliseerd wordt via lokale gebruiken. Jammer dat kerkelijke instelling en religie haast synoniem zijn geworden terwijl een religieuze instelling natuurlijk niet aan een kerk gebonden hoeft te zijn. Andersom misschien ook wel niet, denk ik vaak. Het zijn niet de Ibu Putu’s van deze wereld die religie aan een slechte naam hebben geholpen maar de machtsinstituten die grof misbruik maken van de zoektocht naar zingeving die in elk mens aanwezig is.

De politie staat nogal in de picture. Het beoogde nieuwe nationale hoofd van de politie werd vlak voor zijn benoeming aangeklaagd door de commissie die corruptie moet bestrijden. Hij stortte, onder andere, honderdvijftig miljoen cash (dollars, geen rupiah) op de rekening van zijn zoon van twintig. Zoiets roept vraagtekentjes op dus die benoeming moest even in de ijskast. Tegen de zin van een aantal politici want er konden wel eens meer lijken uit dezelfde kast komen. En ook tegen de zin van de politie die gelijk maar alle leden van de commissie aanklaagde voor allerhande vergrijpen. (Net werd bekend dat een rechter die commissie heeft verboden een politieofficier als verdachte aan te wijzen. De verdenking dat je met 150 miljoen dollar wel het een en ander kan doen op het gebied van ‘rechtspraak’ is niet geheel zonder grond.)

Het verkeer, de kleine diefstalletjes zover aanwezig, allerhand vergrijpen blijven intussen een mooie gelegenheid de zakken van verschillende agenten te vullen. Praktisch alles is te koop. Het is ook niet uit meegevoel met hermandad dat ik het achteraf geen goed plan vind. Maar dat het geen goed plan was is wel gebleken.

Bij Kuta, ik schreef het eerder; je wilt er niet dood gevonden worden, glipte ik in mijn haast door een stoplicht dat, toegegeven, net op rood was gesprongen. Niet goed maar in de chaos die het verkeer hier is, toch iets minder ernstig dan in b.v. Nederland. Over het kruispunt stonden een aantal agenten en hun ‘hee, hee, hee’ was feitelijk zeer hoorbaar maar ik besloot het even niet te op te merken en reed met flinke vaart door om me, nog geen honderd meter verder, te herinneren dat de vorige keer, toen ik daar een bijna rood meenam, een agent achter me aan kwam op zijn motor. Nog harder rijden was geen optie. Snel glipte ik naar rechts en parkeerde voor een K-mart en ging binnen ‘ om iets kopen’. Net op tijd, ik zag vanuit de winkel een agent speurend langsrijden. Gelukt? Niet echt!  Eerst een kwartiertje voor de winkel, half verscholen achter een geparkeerde auto, als een crimineel op de vlucht zitten wachten en toen, met grote aarzeling, weer door. Twaalf afslagen verder nog steeds achter me kijkend of niet toch… En die nacht twee keer wakker geworden van een agent die naast mijn bed stond. Geen goed plan. Dat ik een paar agenten hun smeergeld heb onthouden spijt me niet maar toch, volgende keer misschien maar gewoon niet door rood rijden.

Intussen werk ik hard voor mijn tentoonstelling die op 17 mei aanstaande in Glasgalerie Leerdam opent. Glas waar ik hard en met veel plezier aan werk; om mezelf uit te drukken en met de hoop gedachten op gang te brengen, niet bedoeld om grenzen te ontdekken door ze te overschrijden.

Mijnheer Lars Vilks wilde politieke correctheid in de kunstwereld ter discussie stellen dus tekende hij Mohammed als een hond. Dat het zoveel commotie zou geven onder moslims had hij niet verwacht, ‘naïef misschien’, vindt hij zelf. Ik blijf gewoon van mening dat iedereen het recht heeft zich te uiten op de manier waarop hij/zij dat nodig acht. De enig acceptabele manier er tegenin te gaan is het (geschreven) woord, geen enkele daad van geweld kan ook maar in de geringste mate gebagatelliseerd of, erger nog, begrepen worden. En toch vraag ik me af waar we mee bezig zijn als redeneringen als die van mijnheer Vilks gemeengoed gaan worden.

Als, zoals ik geloof, kunst communiceren is moeten we wel ‘on speaking terms’ zien te blijven.

Lieve groet Frank

staand liggend

Glas en zilver, geïnspireerd door een gedicht van Rainer Maria Rilke.

Was mich bewegt

Man muss den Dingen

die eigene, stille,

ungestörte Entwicklung lassen,

die tief von innen kommt,

und durch nichts gedrängt

oder beschleunigt werden kann;

alles ist austragen –

und dann

gebären …

 

Reifen wie der Baum, der seine Säfte nicht drängt

und getrost in den Stürmen

des Frühlings steht ,

ohne Angst,

dass dahinter kein Sommer

kommen könnte.

Er kommt doch!

 

Aber er kommt nur zu den Geduldigen

die da sind,

als ob die Ewigkeit vor ihnen läge,

so sorglos still und weit …

 

Man muss Geduld haben,

gegen das Ungelöste im Herzen,

und versuchen, die Fragen selber lieb zu haben,

wie verschlossene Stuben,

und wie Bücher, die in einer sehr fremden Sprache

geschrieben sind.

 

Es handelt sich darum, alles zu leben.

Wenn man die Fragen lebt,

lebt man vielleicht allmählich,

ohne es zu merken,

eines fremden Tages

in die Antwort hinein.