Jullie lopen voor ons uit,
arm om elkaars schouder.
Fluisterlachend gaan pret
en geheimpjes heen en weer.
Kleine jongensblijheid
en kinderlijk vertrouwen -
school is uit, de wereld groot,
een “dag meneer” met giechel,
samen op weg naar morgen.
 
Ik die erachter loop, tel
hoeveel zo langs de weg
- in al die jaren groot zijn -
brak, werd vergeten, weggegooid...
en bid dat niemand ooit
de dag en waan van gister,
moedeloosheid, bitter zijn,
stiekem in je rugzak propt.
Dat ik maar ruimte geef want
 
jullie lopen voor ons uit.