Arch

Lieve Allemaal,

Emeritus Aartsbisschop Desmond Tutu, de grote man die zich het liefst Arch liet noemen, is niet meer. Ik denk aan de paar keer dat ik hem mocht ontmoeten en weer hoor ik zijn kakelende lach en de wijze woorden die hij, haast terloops, liefdevol en vol overtuiging sprak. Zij die het voorrecht hadden de Arch te ontmoeten en verstandig waren probeerden hun kant van het gesprek te beperken tot luisteren. Hijzelf daarentegen vroeg honderduit want hij was geïnteresseerd in en hield van alle mensen.

In het leven van Emmanuel en mij had hij een heel bijzondere plaats. We mochten hem ontmoeten en een email van de Arch na die verschrikkelijke gebeurtenis toen bewaar ik met dankbaarheid. Een laatste schakel naar ons leven toen is verbroken en, veel erger, Zuid-Afrika moet de mens die het geweten van de natie vormde missen en de wereld moet zonder de wijze en moedige Desmond Tutu verder. Vandaag is een dag van rouw en verdriet.

Mijn gedachten gingen naar de laatste keer dat we de Arch samen hoorden spreken en ik vond onderstaand epistel. Misschien schrijf ik nog wel een keer over mijn ontmoeting later, later nadat …

Lieve groet, Frank

Kerst in Kaapstad

Het was de eerste en, zo zou later blijken, ook de laatste kerst die we samen vierden. Vierentwintig december 2004, een wandeling in de zon langs de zeeboulevard en een drankje op een terras – zomer in Kaapstad brengt het kerstgevoel niet echt dichterbij. Vrienden hadden ons uitgenodigd voor een kerstontbijt de volgende morgen in een van de chique hotels die Kaapstad rijk is, later op de dag zouden we dineren op het Waterfront. Maar wat te doen op kerstavond, die avond van introspectie en verwachting?

We besloten naar de nachtmis in de kathedraal van Kaapstad te gaan. In de volle kerk vonden we redelijk vooraan plaatsen en, tot ieders verbazing, ging emeritus aartsbisschop Desmond Tutu voor. ‘Nee’, verzekerde hij ons, ‘u bent niet in een tijdmachine belandt en de huidige bisschop is niet ontslagen, hij is ziek en ik neem voor vanavond zijn plaats in’. ‘Als u dat goed vindt’, voegde de bescheiden grote man er aan toe. Wij vonden het een buitenkansje. 

De preek, ik denk dat het zo heet, was een bombardement van aanmoedigingen en inspiratie. Natuurlijk viel ook het woord ubuntu, een begrip dat Tutu na aan het hart ligt. Ubuntu, ik ben omdat wij zijn, een ‘je deel weten van het geheel’ dat verbondenheid en broederschap tot een aangename plicht maakt.

Hij benoemde de noodzaak het hogere in de ander te willen herkennen en vertelde de grap van de man die tijdens een overstroming in levensgevaar op het dak van een huis drie reddingspogingen afwees; een kano, een roeiboot zowel als een helikopter stuurde hij weg met de boodschap dat god hem wel zou redden. Zijn klagen bij god toen hij toch verdronken was vond geen gehoor. ‘Ik heb je twee keer een boot én een helikopter gestuurd en nu ga je klagen?’  

In eenvoudige woorden, toegesneden op het leven van elke dag, riep Tutu op de weg te gaan van imitatione Christi*. We ontmoetten een optimistische Tutu die met diepe ernst en zijn kakelende lach lokkende verten beschreef, vergezichten schilderde die heimwee opriepen, heimwee dat bevestigde dat die beelden altijd al in ons hart woonden. 

Later tijdens die dienst sprak de Amerikaanse zanger Harry Belafonte, toevallig in Kaapstad blijkbaar, over het goede dat de VS de wereld heeft gebracht en nog steeds zou kunnen brengen. Maar ook hoe egoïsme, eigenwaan en bullygedrag dat positieve inmiddels ruimschoots overschaduwden en hoe de verantwoordelijkheid aan ons allen toeviel het beter, veel beter te gaan doen. 2004 was niet veel anders dan 2021. De Amerikaanse consul verliet tijdens die speech, niet geruisloos, de kerk.

Toen wat later in de dienst het moment van de verzoening kwam was dat niet, zoals ik eerder in Zululand meemaakte, met een uitbundig omhelzen. Grote stad: een hand voor de buur voor, naast en achter je is daar voldoende. De ernst was er niet minder om. 

Wij hadden licht gezien, de hoop en kans op vrede, een welbehagen in mensen. Met een opdracht vooraan in onze gedachten liepen we door de zomernacht naar huis terwijl onze handen met elkaar spraken.

Frank van den Ham – Msimang

* Imitatione Christi, Thomas á Kempis.

Kwetsbaar

Lieve Allemaal, 

In 1859 schreef Charles Dickens over de tijden net voor en tijdens de Franse revolutie, een dikke zestig jaar eerder. Het had vandaag geschreven kunnen zijn.

Het was de beste der tijden, het was de slechtste der tijden, het was de eeuw der wijsheid, het was die der dwaasheid, het tijdvak van het geloof, het was dat van het ongeloof, het was het jaargetijde van het licht, het was dat der duisternis, het was de lente van de hoop, het was de winter der wanhoop; we hadden alles te verwachten, we hadden niets te verwachten …

Het zijn nogal donkere tijden en dat komt niet zozeer doordat de kortste dag dichtbij is. Als iets de situatie samenvat is het misschien wel dat we meer dan ooit onze kwetsbaarheid ervaren. Verwachtingen moeten bijgesteld, weinig is zeker. En onzekerheid maakt dat goede voornemens, het staan voor overtuigingen, het volharden in het plan het goede te doen; dat dat alles soms, eerder dan anders, vergaat in een gevoel machteloosheid. ‘s Morgens moedig op weg, een uurtje later struikelen over (alweer) een schaduw. Zonder wat licht op het pad is overeind komen lastig. 

Het is van alle tijden en toch lijkt het of we dit jaar meer dan ooit verlangen naar licht. Kerst staat voor die belofte: dat er licht zal zijn. Niet op een miraculeuze wijze, er zijn doeners nodig. Het verhaal vertelt van de geboorte van iemand die besloot zelf dat licht te zijn en dat ieder daarin kan volgen.

Zo simpel, zo moeilijk.

Waar het lukt dankbaar licht te kunnen geven, licht dat in de eerste plaats onszelf verlicht. Waar het niet lukt met een misschien wel gefluisterd ‘ik probeer het morgen opnieuw’. Nooit alleen, we zijn hier samen.

Ik wens u allen zinvolle dagen en een goed en gelukkig 2022.

Lieve groet, Frank

zorgen

‘Ik ween om kleinheid van de grote mannen waarvoor de macht steeds voor de inhoud gaat.’    

Mw Els Borst

Lieve Allemaal,

We hebben een kleine pauze, een paar dagen zonder regen. Het regenseizoen is vol in gang en de buien zijn heviger dit jaar maar nu dus even niet. Nieuw – in al die jaren nog niet meegemaakt – een storm uit het westen waardoor het terras drijfnat wordt. Nog steeds niets om over te klagen, andere delen van Bali staan gedurig onder meer dan een meter water.

Mijn operatie is achter de rug, vooralsnog valt het tegen. Een wond die niet heelt en niets is verbeterd, integendeel. Ik hoop dat tijd de oplossing is. De kosten, gedekt door de verzekering, waren wel verbijsterend laag. Verblijf in een eenpersoonskamer met douche en Ac, goede verzorging en keuzemenu voor de maaltijden: € 30,– per dag. Geen koffie te krijgen, dat dan weer niet, maar Doni bracht elke dag een beker. Prima zorg dus al is de administratieve afhandeling bizar. ’s Morgens om negen uur mocht ik naar huis, moest nog even blijven omdat de verzekering de betaling goed moest keuren. Om vijf uur kon ik een taxi bellen. Consulten voorafgaand en na de operatie moest ik zelf voorschieten. Nu blijkt dat een rekening, afgetekend voor voldaan, nog geen bewijs van betaling is; er moet een ‘kwitansi’ komen, één voor elke rekening. En die 5 formulieren die de specialist moest invullen moeten opnieuw, het is met een blauwe pen gedaan en dat moest ‘natuurlijk’ zwart zijn. Bureaucratie, ook dit land is er vol van.  

Corona is ook hier nog steeds een ding. De verplichte quarantaine was 8, werd 5 en toen 3 dagen. Vorige week zondag werden het er weer 7 en sinds vrijdag zijn het er 10. Een wat zwalkend beleid, waar kent u het van? Met een telkens veranderende situatie schijnt het niet anders te kunnen. Kritiek is niet zozeer een Indonesisch ding, de mensen accepteren gelaten hoe het is. Gerekend hoe de maatregelen er hier, een land zonder wezenlijk overheidssteun, inhakken is dat bijzonder. Misschien een gebrek aan opruiende types in het parlement en maatschappij? Nederland is een dikke 12000 kilometer van hier maar nooit ver weg. Het lijkt me daar allemaal niet zo geweldig te gaan. Populisten, haatzaaiers en bruin gevaar op de flanken, het midden staat onder druk. Met dank vooral ook aan dat midden zelf. Gedraai om de kiezersgunst, de onderschatting van wat de kiezer best wel weet of op z’n minst aanvoelt; een nieuwe bestuurscultuur lijkt ver, heel ver weg. De volksmenners en bruinhemden op de flanken zijn er blij mee. Is een verband tussen het citaat van mw Borst bovenaan deze blog en de lengte van de formatie? Dilemma: het is moeilijk te geloven dat de ploeg die zoveel door de vingers liet glippen, mensen liet vallen, het allemaal op gaat lossen maar nieuwe verkiezingen zie ik met angst tegemoet. Te lang, het is altijd te lang, is Nederland bestuurd als een bedrijf. Niet mee kunnen komen? Jammer, we zullen zien wat we kunnen doen. Het echte probleem – we nemen anderen niet mee op onze reis – gaat ons opbreken. Polarisatie is ook: we hebben de ander laten vallen.      

Ons gaat het intussen goed. Doni is er weer en de avonden zijn vol met samen opera luisteren, een fles wijn opentrekken en geraakt zijn. The road rises up to meet us, meestal wel. The wind is often at our back.

lieve groet, Frank