Zingeving

Als het nou om de sport gaat, ik bedoel dus sport, waarom houden we die olympische spelen dan niet elke vier jaar in Griekenland? Geen megalomane projecten, geen politici die zichzelf nog groter willen maken en en passant miljarden gemeenschapsgeld over de balk gooien, geen gedonder van wie wel en wie niet kan gaan en wanneer, geen olympisch comité dat zich de vermoeienis op de hals moet halen al die potentiële locaties af te reizen. Gewoon, de sporters van de wereld hebben een feestje op hun vaste stek, sport, vrij van politiek.

(En voor wat betreft de huidige problemen.., er wordt wel gesproken van Griekse beginselen, dus dat komt wel goed.)

Lieve Allemaal,

Dat met die oleh-oleh, cadeautjes, is gelukt en toen toch weer niet. Half Nederland afgezocht naar spijkerbroeken in kleine maten want die Balinezen zijn niet dik. Een 28 en een 29 en gevonden ook nog. Teveel bagage dus het een en ander over gedaan in zo’n see, buy, fly tas, van die gele van Schiphol, dan kon het in de hand mee. Op Singapore heeft iemand het see en fly letterlijk genomen, de tas was weg en kwam ook niet meer boven water. En in die tas, jawel, de oleh-oleh. Ik heb op Bali alsnog cadeautjes moeten kopen.

Om de antieke Boeddha in de woonkamer hangt opeens een heel mooi armbandje. Dikke, smaakvol gekleurde parels met kleine zilveren elementjes ertussen, niet echt denk ik, maar het staat de Boeddha goed. Dag Boeddha, hoe kom jij aan dat armbandje? De oplossing is ‘de hulp vragen’. Ze weet er inderdaad alles van. Het is een cadeau van een buurvrouw verderop en ze droeg het graag maar toen is de buurt gaan praten. Ze is te oud (jawel, ze is 40 of zo!) om zoiets te dragen. Ze wil zeker voor jong meisje doorgaan, meende de banjar, dus het kon niet meer. Wel jammer maar ja, en toen heeft ze het maar om Boeddha gehangen, staat leuk vind je niet? Met mijn legendarisch geduld vraag ik in hoofdletters ‘of dus de buren bepalen wat jij mag dragen?’. Het antwoord is een simpel ‘ja’. En dan word ik stil want ik zie ook wel dat er niet tegenaan te praten valt, het volk heeft immers gesproken…

Van daar naar de zin van het leven is maar een kleine stap. Eerder in de week had ik een gesprek daarover met een Balinees en voor hem kwam het een beetje op hetzelfde neer. Doen wat de priesters zeggen, de ceremonies en aanverwante artikelen en je naar de gemeenschap voegen in gedrag, kleding, enz. en voilá, je voldoet aan je bestemming. Ja, voegde hij er aan toe, natuurlijk moet je ook zorgen voor je bestaan, geld verdienen. Veel geld als het kan want dat verhoogt je status in de gemeenschap. In de pas blijven met anderen en zien dat je via de achterdeur van meer poen toch voorop loopt, zo hoor ik dat dan.

Voorop lopen is natuurlijk leuk en iemand moet per slot de eerste zijn maar waarom lopen zoveel mensen met van die gekke dingen op kop? Of eerder, zien we wel wat voor en wat achter is?

De wereldproblemen komen steeds pregnanter en schrijnender binnen en het is niet wel mogelijk in al die groteske ellende een of ander heilsplan te zien. De dubbele bodem die het geloof bood (vrij naar Godfried Bomans) is er veelal niet meer, zinloos ronddobberen en wat genieten van het al dan niet mooie weer kunnen we niet.                                           En dan komt een pseudo wetenschap die zich economie noemt en die neemt het wel eventjes over. Eenvoudig systeem; alles in euro’s of dollars berekenen en je weet waar je staat. Geestelijken met dollartekens in de ogen is een vaker vertoond fenomeen, als de dollartekens de rol van de geestelijke overnemen wordt het wel erg gek. Bedrijven houden ons in de gaten – mag, goed voor de omzet – voetballers worden verhandeld of ‘asset’ van een investeringsmaatschappij (FC Twente), voor de waarde van een mensenleven bestaan berekeningen. Overigens, ik ben wel beducht dat de prijs per land kan verschillen, het ligt er maar aan waar je geboren bent. Als lezer van deze blog ben je toch altijd nog wel een paar duizend euro waard, jonge levens in b.v. Bangladesh doen aanmerkelijk minder.

De eentonige mantra is economische groei, persoonlijke groei is hoogstens nog een aanduiding van een vettere bankrekening. Als je van dat soort simplisme het heil verwacht is visie, dat is zeker waar mijnheer Rutte, gelijk een olifant die het zicht belemmert. Maar er is iets mis met onze wereld als een 63-jarige met ‘pensioenangst’ zich tot een levenseindekliniek wendt met het verzoek om hulp, dan is er iets grondig mis.

Op de vorige blog kwam een geïrriteerde reactie. Dat met het economische systeem zit anders; ‘het heeft ons heel veel goeds gebracht, jammer dat ik het niet waardeer’. Tienduizenden doden vallen jaarlijks in de meest gruwelijke oorlogen, in de regel gevoerd om economische redenen. Miljoenen redden het niet door gebrek aan voedsel, medicijnen, noem maar op. Dan is kijken naar het kleine beetje goed, hoogst oneerlijk verdeeld, net zo belachelijk als vast te stellen ‘dat de treinen in een helse dictatuur mooi wel op tijd lopen’. Het is leuk dat iemand leest maar…

Ja, een aantal mensen op de wereld heeft er fors profijt van, ik reken mezelf daar nadrukkelijk onder. Maar het is wel een heel klein deel en;                                             ‘Wär ich nicht arm, wärst Du nicht reich’
(Bertolt Brecht).                                                 Het komt uit de lengte of de breedte.

De rijkste 1% van de wereldbevolking bezit 65 keer zoveel als de 3,5 miljard armste wereldbewoners gezamenlijk. De 85 allerrijksten hebben net zoveel in handen als die halve, arme wereldbevolking. Symptomen van een gruwelijk stinkend ziektebeeld. Sorry, met dank voor de reactie, geen rectificatie.

De lichtpuntjes zoeken.

De paus, weliswaar negatief gezegend met horken van afdelingschefs, stelt vast dat we allemaal broeders en zusters zijn, ongeacht geloof of wat dan ook. ***  Een mail aan en één van een vriend. Het gewoon zeggen; ik houd van je. ***  Een lieve vriendin op skype en een lang gesprek met ibu Putu. ***  Dennis, de achtjarige uit de blog van 6 december j.l. die het land zou worden uitgezet, mag blijven. De vermoeide staatssecretaris heeft zijn jurisdictie gebruikt. ***  En dat ik opstond vanmorgen en het gewoon weer mag proberen.

Wie een mens redt, redt de hele mensheid. Hopelijk verliezen ze dat ook in die levenseindekliniek niet uit het oog.

Veel liefs, Frank

Zaaien

 

“2013 was een vrolijk jaar voor beleggers. Terwijl de koopkracht van veel burgers daalt en de werkloosheid oploopt, zagen beleggers de koersen sinds maart 2009 met gemiddeld 100 procent stijgen. De 300 rijksten op deze wereld werden in het jaar 2013 samen driehonderdtachtig miljard euro rijker.” Aldus de kranten. Wat meer wil je weten over ons economisch systeem? Dat vijftig miljard euro ophoesten voor de olympische winterspelen geen probleem blijkt in een wereld, overvol van nood en zorg? Een verrot systeem dat tientallen miljoenen mensen in ellende stort maar verbazing erover is ongegrond; het wordt ruim ondersteund door domme bewondering voor statussymbolen en vooral door het bezit van veel geld als een kwaliteit te zien. Stupide en feitelijk zielig – want hoeveel heb je dan van het leven begrepen – is aanbidding van de centjes een ziekte die hard toeslaat. Tegen het eind van het jaar vlogen bij de verschillende loterijen in Nederland gigantische prijzen het land in met de begeleidende boodschap dat de ontvangers puur geluk in de schoot geworpen kregen. Toen in een dorp in Zeeland tientallen miljoenen euro’s landden, stond de bevolking te juichen op een wijze die het aanbreken van de wereldvrede suggereerde. Eindelijk geluk! Geluk? Ik zie een typefout. Rupsje nooit genoeg, een slijmerig creatuur, kruipt rond en zal nooit een vlinder worden.

Lieve Allemaal,

Het is vroeg in de morgen, gisteravond aangekomen uit Nederland, ik ben weer thuis. Slapen ging niet, van alles bleef malen in mijn kop. Er is veel gebeurd terwijl ik in Nederland was. Een nieuw jaar, we gaan er iets moois van maken zeiden we tegen elkaar, samen. Prachtige ontmoetingen maar met het jaar amper een week oud werd de kwetsbaarheid van leven pijnlijk snijdend en schrijnend in herinnering gebracht. Een vriend, een eminent mens en wijs denker, was zo maar, plotseling niet meer bij ons. De kleuren van dankbaarheid en verdriet vormen dan een wonderlijk mengsel. Tot in Bali kan ik zijn, soms aarzelend gesproken, weloverwogen woorden horen, in de toon klinkt liefde voor het leven en staat de mens centraal. Hij is er niet meer; met het vele dat door hem werd gezaaid, is dat maar zeer ten dele waar. Er samen een mooi jaar van maken sluit ook hem niet uit.

Oleh oleh. Neen, dat is geen Spaans maar gaat over cadeautjes die ik mee moest nemen naar huis. Thuiskomen zonder oleh oleh, een souvenir/cadeautje dus, is eenvoudig ‘not done’ in Indonesië. Het mag klein, onaanzienlijk, goedkoop en totaal onnuttig zijn, dat maakt niet uit, het gaat om de gedachte ‘ik ben je niet vergeten toen ik weg was’. Een gebruik te mooi om te negeren, maar ook een probleem want wat neem je mee? Ik vroeg Pak Par wat hij graag wilde maar daar antwoordde hij niet op. Malu  heet dat, verlegen of beschaamd. ‘Ik stuur straks wel een sms.’ En dat deed hij; een korte broek als het niet teveel gevraagd was. Een korte broek uit winters Nederland, lastig – duur – lastig. De chauffeur die me naar het vliegveld bracht raadde me op de terugweg even bij een supermarkt in Denpasar te stoppen. Daar hebben ze het wel en heel goedkoop. Dat wilde ik maar niet doen maar ik moest wel iets bedenken. En dan ook nog iets voor de hulp, voor Ibu Putu van het restaurantje en voor Wayan die bij Frans werkt. Als het klein blijft en van niet teveel gewicht, is het een plezierige verplichting. Kijk, ik ben weer thuis en ik ben jou niet vergeten. Misschien is het een flutcadeau maar ik heb aan je gedacht. Niet naar huis zonder oleh oleh, het zijn mijn vrienden.

Vrienden? Een dikke week terug was hier verderop een poging tot inbraak. De inbreker werd betrapt en vervolgens door een menigte in elkaar geramd, letterlijk. De politie wist niet veel te doen, tegen de meute konden ze niet op en waarschijnlijk wilden ze dat ook niet. Pak Par vertelde er vrolijk over toen ik gisteravond thuiskwam, ze hebben hun best gedaan, samen. Een volksgericht waarbij de zoon van Par zijn hand heeft verwond – niet denken aan het hoe –  en een oom in het ziekenhuis terecht kwam door alle opwinding en vervolgens, heel grappig hoor, wordt verpleegd op dezelfde kamer als de inbreker. Repercussies hoeft hij niet te vrezen; niet van de arm der wet en niet van de inbreker die zwaar hersenletsel heeft en het waarschijnlijk niet gaat halen. Beelden uit Alex, Zuid-Afrika, spoken weer door mijn kop. Het verkeer dat er in een bochtje omheen reed, mijn taxi die niet wilde stoppen en daar waarschijnlijk nog gelijk aan had ook, een mens die trap na trap kreeg en bloedend dood lag te gaan. Van god verlaten.

Pak Par heeft al een hele maand niet gewerkt, ceremonies weet je, godsdienst. Dienst aan god. De man van ‘hij die zonder zonden…’ is ook hier niet gehoord en god is ook hier het meest misbruikte en misdachte woord.

Uganda heeft draconische wetgeving klaarliggen om het diepste zijn van mensen aus te radieren, houden van wordt een misdrijf. Nigeria is verder, daar zijn zulke wetten er al door. En natuurlijk is er Rusland waar homo’s volgens tsaar Putin best welkom zijn. Even iets leuks zeggen voor de bühne en tegelijkertijd suggereren dat ‘ze’ niet van de kinderen afblijven. Weinig nieuws onder de zon. De haast komische bewering van een Engels raadslid dat de overstromingen daar te wijten zijn aan de instelling van het homohuwelijk maar even daargelaten – hoe zit het met die aardbevingen in Groningen? – niet zo heel lang geleden maakten Dame Margaret Thatcher en Ronald Reagan ook zo hun statements. Bibliotheken moesten geschoond van het soort filth dat feitelijk propaganda was om maar homo te ‘worden’, homo’s mochten de VS niet in. Nog steeds zijn zogenaamde leiders te stom voor woorden of wakkeren de wind van onverdraagzaamheid bewust aan voor eigen gewin. Kiest u maar, ik gok op het laatste. De gure wind van onverdraagzaamheid die uitgroeit tot de storm die oorlogen in gang zet.

Een 29jarige man, ‘verdacht homo te zijn’, werd in Uganda om die reden getrapt en geslagen tot de dood erop volgde. De gevangenis in of je wordt, met dank aan en hulp van dolgedraaide, zogenaamde christenen en moslims, gelyncht. In Iran hangen ze je gewoon op. Allemaal dienen ze god.., zeggen ze. Maar eerder is het angst voor dat wat ze in zichzelf herkennen en niet wensen te zien; geen mens is immers honderd procent hetero of homo. Bezorgdheid dat iemand door ‘propaganda’ overgehaald kan worden ‘dan maar lekker homo te worden’ – alsof dat leuker, makkelijker, rianter zou zijn als je maar wist dat het bestond – als simpelmans excuus om niet geconfronteerd te worden met hun diepste zelf. Iedereen kan houden van iemand van hetzelfde geslacht, gelijk ik dat kan van iemand van het andere. Gereserveerder in zijn uitingen is het er onmiskenbaar. Leef ermee en wees blij met de rijkdom lief te kunnen hebben.393x296

 

 

 

 

 

 

 

Zie die mens op de foto, kijk naar die blik en mis dat lullige regenboogvlaggetje niet want dat belichaamt zijn hoop. Zijn misdaad is dat hij houdt van een andere man, en misschien – aanvullende aanklacht – dat hij verlangt naar beter, en menselijk. Hoe kan je dat gezicht zien zonder mededogen en zelfs liefde te voelen? Kijkt de hangman in Iran zijn slachtoffers aan? Blikken rechters die mensen om hun zijn veroordelen de ‘verdachten’ in de ogen? Natuurlijk niet, (zelf)haat verblindt, ze zien niets, hoogstens het beeld van een zelfgebakken god. Maar wie het wel ziet, is verantwoordelijk. Natuurlijk weet ik dat we weinig kunnen doen. Die man van de foto leeft in Nigeria, als hij nog leeft. Ik woon in Bali. Maar waar ik zaaien kan mag ik het niet nalaten.

Weet ik veel met wie en met hoeveel man we naar die opening in Sotchi moeten, met de olympische gedachte hebben die spelen al heel lang niets te maken. Doe maar, ga maar als je dat leuk vindt. Na die vijftig miljard maken die kosten ook niet meer uit, de proporties zijn al lang zoek. Maar bespaar me het gewauwel over de gescheiden werelden van sport en politiek. Het is gewoon niet waar al zal dat excuus in 1936 ook wel gebruikt zijn. Neem het besluit om als mens te gaan. En misschien ga je dan wel niet.

Het nieuwe jaar, we gaan er iets moois van maken, samen. Ik kies ervoor te geloven dat we dat gaan doen. ‘Als morgen de wereld vergaat’, zei Maarten Luther, ‘zou ik vandaag nog een appelboompje planten’. De wereld vergaat niet dus laat ons hele wouden planten, het is hoog tijd.

Veel liefs, Frank