Lieve Allemaal,
De vulkaan op Bali houdt ons nog steeds in spanning. Vorige week was er een redelijk flinke aardbeving, er was een kleine eruptie een paar dagen geleden en het blijft afwachten. Er is nog steeds een no-go zone al is die wat verkleind, er blijft een behoorlijk aantal mensen geëvacueerd. Regenachtig Bali, ik mis het intussen wel, bijna vijf weken onderweg nu. Zoef de hond vindt het ook maar niets, hoor ik van Doni. Hij is zichzelf niet en is opeens bang bij flinke regen en onweer. Gaat weer over als we weer compleet zijn denk ik.
In Nederland stressvolle weken van voorbereiding: werken ophalen op diverse locaties en alles naar Vaassen brengen, nog een paar objecten afmaken, gedoe over de uitnodigingen en nog wel wat en inrichten. Een flinke opgave om bijna honderd objecten mooi te verdelen over en neer te zetten in acht verschillende zalen maar het is goed gelukt. Het werd een mooi overzicht van mijn werk in sfeervolle ruimtes, mijn eigen enthousiasme werd onderstreept door talloze positieve reacties. Het leukst vond ik de reacties op enkele van mijn gedichten die groot uitgeprint in de zalen hingen, ik moest er volgend jaar maar eens iets mee gaan doen. Een boekje of zo? Ook goed verkocht en nu is de tentoonstelling in kasteel Cannenburch alweer voorbij. Afbreken was minder leuk dan opbouwen. Een auto vol – oh oh als ik maar geen aanrijding krijg – naar de opslag gebracht. Voor volgend jaar weer denken over nieuwe exposities.
Tussendoor een tripje naar Noorwegen om daar les te geven; leuk en vooral ook koud. En nu in de Zuid-Afrikaanse zomer; ook leuk maar warm hoewel, sinds gisteren regent alsof ik weer in de tropen ben. Merkwaardig hoe herinneringen, vooral door ontmoetingen met haast willekeurige mensen, weer levend worden. Er ligt hier een flink stuk geschiedenis en vanaf het moment dat ik landde op OR Thambo is er telkens een ‘oh ja’, een ‘ach ja’ of ‘zo was het toen ook’. Mijn gedachte in het vliegtuig – ‘mijn’ hond Dopie bij het hek roepen en zien hoe hij blij op me af zou rennen – kwam echter niet uit. Dopie was de hond die ik in Magaliesburg had en die niet mee kon naar Indonesië. Hij woonde al jaren bij vrienden hier alwaar hij de chef was geworden van de twee grote honden die er al waren, ik denk dat hij zich stilletjes de hele farm wel had toegeëigend. Samen rennen, samen de apen en warthogs aanblaffen, samen bezoek wegjagen; Dopie liep voorop, altijd onder dekking van zijn twee maatjes/adjudanten. Deze week ging hij, zoals elk jaar een paar keer gebeurd, op weg naar zijn verloofde op een aangrenzende farm en is daarbij blijkbaar een nyala (grote antiloopachtige) tegengekomen. Zonder twijfel heeft hij staan blaffen tegen de onverlaat die zomaar op zijn land liep; geblaft, gejaagd en … verloren. De hoorns van de nyala zijn hem fataal geworden, een dag voor ik aankwam was hij dood. Ik treur om een grote vriend die bij al zijn slimheid nooit heeft begrepen dat hij klein van postuur was.
Op de farm hier en in het restaurant/hotel werkt een aantal mensen uit Zimbabwe. Ik ken ze van eerdere bezoeken en toen ik kwam moesten ze allemaal wel even kwijt dat Mugabe weg is. Ze zijn er uitgelaten blij om, vandaag is Mnangagwa als nieuwe president geïnstalleerd en ze hopen op verandering. Het is de vraag of die hoop realistisch is; Mnangagwa was handlanger en slager voor Mugabe. Volgend jaar verkiezingen, zullen die onder de man die eerder verkiezingen met geweld tot een farce maakte eerlijk zijn? Hoop is het dat ook hier de mensen overeind houdt.
Nu een kleine twee weken wat ontspannen, een workshop of twee geven en veel zwemmen. Dan over Nederland weer naar Indonesië. Het is de hoogste tijd.
Lieve groet Frank