Die voor ons waren

Lieve Allemaal

Eergisteren was het Kalungan, de voorouders die vorige week met Galungan op bezoek gekomen zijn gingen weer terug naar hun gebruikelijke verblijfplaats. Ook voor mijn huis had ik, zoals het hoort, een mooie penjor laten plaatsen maar wat weten Nederlandse voorouders van Balinese gebruiken? Ze zijn niet explicieter langsgekomen dan anders. Was ook niet echt nodig, ze zijn er altijd wel in meer of mindere mate. Het idee om verbondenheid te vieren met hen op wiens schouders we staan is niet zo slecht, of een Balinees dat er ook in beleeft weet ik niet. Het lijkt eerder een vasthouden aan regels en voorschriften; meedoen en als het even kan je toch onderscheiden met, dat is het meest voor de hand liggend bij Galungan en Kuningan, een nog grotere en duurdere penjor. P vertelt dat Galungan en alles eromheen hem minstens 2,5 miljoen kost (een kwart jaarsalaris voor de twee keer Galungan per jaar), de grootste penjor in het dorp kostte 5 miljoen en dan komen er nog talloze offers bij en heel veel er omheen.IMG_2178IMG_0049

 

 

 

 

 

 

 

 

De oude cultuur, steeds sterker vergroot en opgeblazen, in concurrentie met de o zo aantrekkelijke consumptiemaatschappij die het westen aanbiedt. Vandaag ging de school hierachter weer open en natuurlijk moest er gebeden worden. Mét een megafoon, niet omdat de goden doof zijn lijkt me maar het letterlijk overschreeuwen van dat wat ook hier aanstormt. Traditie of de lege maar evenzogoed aantrekkelijke opties van het consumentisme. Kiezen is moeilijk, pogingen om beide heren te dienen monden nogal eens uit in onstopbare gaten in een toch al wankele gezinsbegroting. Een wedloop waarbij ik zou hopen dat het een derde weg oplevert maar ik vrees – over voorouders: had ik het optimisme van mijn moeder maar – dat de consumptie gaat winnen.

Een reis naar Java ging (alweer) niet zonder hindernissen. Bij het vertrek had ik me verslapen, de chauffeur belde me wakker. ‘Oh jee, we moeten rennen’, riep ik paniekerig en hing op. Douchen, tandenpoetsen en pipi doen ineen combineren, daarna aankleden en koffer(tje) pakken. Alles in 8 minuten. Onderhand nog een keer de telefoon beantwoorden; de chauffeur wil weten waarheen hij dan moet rennen. In noodvaart naar het vliegveld waar we uiteindelijk toch nog veel te vroeg aankomen. Koffie.

De terugweg ging wat gecompliceerder. Al in de lucht en halverwege kwam het bericht dat de berg Raung aan het uitbarsten was, het vliegveld in Bali gesloten, en dat we gingen landen in Surabaya. Dat is halverwege en, voor de ouderen onder u, vergeet die zee en die hemel zo blauw. Een volle dag gedoe op het vliegveld; het viel allemaal samen met Ramadan dus was heel Java onderweg. Customer service stuurt je, nadat je uren in de rij hebt gestaan, door naar de helpdesk. De helpdesk verwijst vriendelijk maar vermoeid naar customer service. Niet ontploffen, rotzooi helpt niet. Het waren kleine ongemakken vergeleken bij de vele honderden toeristen die op Bali gestrand waren; die waren hele dagen op het vliegveld zonder een idee wanneer ze naar huis konden en stonden in rijen tot buiten het gebouw. Tel uw zegeningen.

De tweede dag Surabaya hebben we in Tunjungan Plaza doorgebracht, een enorm winkelcentrum midden in de stad waar zo ongeveer alles te koop is. Ook daar viel me weer op hoe groot het contrast is tussen het aangebodene en dat wat de doorsnee bezoeker zich kan permitteren. Het bracht mijn gedachten op een recent artikel in de Washington Post over het grootste “exportproduct” van Gambia: vluchtelingen.

Mijnheer Zijlstra heeft het liever over migranten of asielzoekers. Best een manier om de vaak uiterst wanhopige situatie wat te verdoezelen maar het gaat dus over vluchtelingen. Mensen die door oorlogsgeweld of politieke vervolging niet in eigen land kunnen blijven en mensen die geen perspectief vinden in hun eigen land. Dat laatste onvergelijkbaar, vele malen minder schrijnend en … evenzogoed onhoudbaar. Nederlanders vertrokken in de vijftiger en zestiger jaren om minder naar Australië, Canada, Zuid-Afrika en Nieuw Zeeland.

Opvang in de regio roept diezelfde mijnheer maar wat is opvang? Een bed in een hut met twintig anderen, een gezamenlijk toiletblok in een uitzichtloos bestaan? Misschien staat in een van de gemeenschappelijke ruimtes nog wel een tv die ze onze rijkdom nog eens in kan wrijven. De wereld telt 66 miljoen (Zesenzestig Miljoen) vluchtelingen en wat dacht je wat mijnheer Zijlstra, 95% daarvan wordt opgevangen in de regio. Maar intussen krijgt de VN het geld om alleen al Syriërs op te vangen niet bij elkaar. Het gerommel in de marge, de kool en geit sparen spelletjes, de bal bij een ander leggen, het gaat niets helpen. Om werkelijk tot oplossingen te komen zijn grootse plannen nodig. Grootse plannen komen van groots denkende mensen, niet van bestuurders wiens belangrijkste zorg het is wat de kiezer denkt. (In ‘zomergasten’ zei Aboutaleb: “… Je kan niet een raampje open doen en aan de mensen vragen: wat wil je hebben? en het dan zo doen. Zo werkt het niet. Je hebt iemand nodig die voorloopt op de samenleving.”)

Tot zo’n plan er is en gaat werken blijft het dweilen met tientallen kranen open, blijven de vluchtelingen komen en kan ook het waanzinnig hoge aantal zelfmoordaanslagplegers niet los gezien worden van, al dan niet persoonlijke, uitzichtloosheid. (De vaststelling dat sommige van deze verdoolden het zelf materieel goed hadden ‘en dus geen reden anders dan fanatisme’ is niet correct; voor een aantal gaat op dat wanhoop over de wereld waarin ze leefden ondraaglijk werd en zo uitmondde in ontoelaatbaar fanatisme.)

Of de motivatie nu komt uit het feit dat het westen zelf een aantal van die kranen heeft opengezet, omdat het onhoudbaar wordt, omdat het niet goed voelt om aan de tafel der mensheid vette maaltijden te gebruiken terwijl anderen het toekijken hebben of gewoon uit compassie en liefde voor de ander; zelfs puur eigenbelang dicteert het belang van zo’n plan, van actie nu. Het gaat veel geld kosten, het alternatief is een wereld die steeds verder aan gort gaat. Zou eigenlijk een makkelijke keuze moeten zijn. Misschien iets om ook bij de komende verkiezingen eens goed over na te denken. De contradictie dat onze toegenomen welvaart delen voor ons moeilijker maakt dan dat was voor het die ons voorgingen mag toch niet waar zijn?

Vanavond eten bij Made’s. Het loopt daar niet altijd even soepel, vooral als die jongeman in de bediening staat die er nooit iets van begrijpt. Goedenavond komt niet aan, geen antwoord. Bestellingen worden meestal verkeerd begrepen. Die jongen blijkt doof en een beetje achter maar daar mag hij een boterham verdienen. Er zijn van die plekken waar we elke dag wel iets van betekenis kunnen doen.

Veel liefs, Frank

 

onderweg

Een half, afgescheurd papiertje uit een kladblok, onhandige kinderletters. Gevonden tussen de spullen van mijn moeder. Zevenenvijftig jaar lang lag dit tussen haar spulletjes en ik denk dat ze het zo af en toe wel heeft bekeken, zevenenvijftig jaar lang be-waard-e ze een moment van geluk. De schoonheid vastpakken als het langskomt, het donker niet te lang in het blikveld houden; laten verglijden in de nevel van verleden tijd. Lesje levenskunst via kladpapier.IMG_2088 IMG_2087

Lieve Allemaal,

Vijf weken was ik onderweg en is het er nauwelijks van gekomen te schrijven. Wie veel reist kan veel verhalen is het gezegde. Misschien – de reizen ‘binnendoor’ blijven interessanter denk ik. Niettemin, even bijpraten is wel goed.

Eerst een paar dagen les gegeven. Leuke studenten, ook ik leer dan wat bij, en toen was er natuurlijk de opening van mijn tentoonstelling in Leerdam Glas Galerie. Ook voor mij de eerste keer dat ik alle werk bij elkaar zie, een opluchting als het dan allemaal klopt. En dan komt de opening. Zoveel lieve vrienden en bekenden die de moeite nemen te komen kijken, zo blij ze te zien en voor niemand echt tijd. Meer dan honderd mensen in twee uur, dat is voor ieder een minuutje. En toch is het een warm badje dat ze er allemaal zijn, het is goed. Veel complimenten voor het nieuwe werk en een aantal verkopen, er komt nog wel meer meent de galeriehouder, hij heeft een mooie regeling om in stukjes te betalen. (Voor hen die nog geen gelegenheid hadden, de tentoonstelling loopt nog tot 26 juli.)DSC_0224[1]

Nog wat gewerkt, een gezellig weekend in Zwitserland en toen naar Afrika, thuiskomen op een plek waar mijn huis niet meer staat. Zeker elke keer dat ik land in Johannesburg overvalt me de weemoed die hoort bij een liefde die geen vorm meer heeft maar nooit overgaat. Mijn armen om die wereld slaan, ik zou wel willen.                                         Even terug naar de realiteit Frank. Ja, in Bali is het ook goed, heel goed zelfs. Twee weken druk met allerlei. Lieve vrienden zijn bezig een restaurant annex hotel te bouwen en het is fun daar een beetje in mee te denken. De wandpanelen die ik in Nederland vervaardigde komen goed aan, ik maak er straks nog een aantal bij; nog een project van mij in Afrika! Genieten van de stilte op de farm waar ik mag zijn, genieten van de vergezichten, prachtige maaltijden en goede wijn en van het beste gezelschap dat ik me kan wensen. Ik vraag me af of er nu veel mensen zijn die zoveel geluk hebben als ik.

En Bali is nog steeds Bali. Zoef was uitzinnig van blijdschap me weer te zien maar… hoe diep dat gaat met hondenliefde weet ik niet; gisteravond is hij er tijdens een hernieuwd experiment om een stukje los te lopen toch weer vandoor gegaan richting hulp alwaar twee vriendjes van hem wonen. Even kwam hij me nog achterna maar voor ik het hek dicht kon doen glipte hij de tuin weer uit. Ach, als hij straks weer hier komt heeft hij weer een reden heel blij te zijn.

Ceremonies nog steeds allover the place, de Balinezen die in het buitenland wonen druppelen langzaam binnen voor de massale crematie straks in augustus. P. en zijn vrouw stoppen gaten met gaten en elk nieuw gat lijkt een beetje groter dan het vorige, elke upacara brengt ze weer wat verder achterop. De chauffeurs klagen dat er te weinig toeristen zijn, de vaststelling van P. dat we waarschijnlijk teveel chauffeurs hebben is daar nog niet geland. Het kleine weggetje hier verderop is onderweg een hoofdstraat te worden; overal worden huizen gebouwd voor de verhuur, de meeste staan leeg. Teveel van alles, dat dat toerisme misschien wel tegenwerkt is een notie die maar niet wil postvatten.

Maar het weer is prima, de mensen zijn mooi en vriendelijk. Op een koude douche is het even wachten tot het warme water uit de leidingen is verdwenen, het zwembad is lauwwarm. Zwembad heeft een belangrijke rol in de komende weken om de kilo’s die ik bij vergissing van mijn reis heb meegenomen weer kwijt te raken.

Oh ja, en ik was jarig. Dank voor alle goede wensen, jullie vriendschap en verbondenheid markeerden mede het begin van een nieuw jaar. Drieënzestig nu en ik denk dat de vage notie dat ik leven een beetje beter begin te begrijpen iets te maken heeft met ouder worden, dat onderweg wat toegevoegd wordt. Het is wel goed zo.

Veel liefs, Frank

 

De zee is moe

Het is niet waar dat mensen hun dromen niet meer volgen omdat ze oud worden. Ze worden oud omdat ze hun dromen niet meer volgen.

Lieve Allemaal

Een korte trip naar Java. Meubels bekijken voor een vriendin in Afrika en de laatste volle dag even lekker door Yogyakarta slenteren. Het wordt een reis met wat hindernissen. Op het vliegveld blijkt dat het ticket dat de agent naast de Bintang heeft geregeld weliswaar voor de 16de is maar dan wel december. Susah. Susah op het vliegveld en natuurlijk straks bij de agent op wie ik de extra kosten wil verhalen. Twijfelachtig of dat lukt, ik weet het. Vliegen naar Yogyakarta en verder met de trein naar Solo gaat prima. De meubels zien er goed uit, het bedrijf is serieus, goed dat ik gegaan ben. De vrijdag heb ik afgesproken in Semarang. Ik boek de bus voor ’s morgens heen en laat in de middag terug. Dat zal niet gaan meent vervolgens de fabrikant in Semarang als ik hem bel. Het is drie uur rijden naar de showroom want die is in Jepara (75 km verderop), we zijn nooit op tijd terug in Semarang. Merkwaardig voor een bedrijf dat gevestigd is in Semarang en een beetje laat om me dat te vertellen. ‘Goed mijnheer, dan verander ik mijn reis en vertrek pas zaterdag uit Semarang.’ ‘Ja, dat is een goede oplossing’ vindt hij.

Ik gooi een ticket weg (ha ha, ruilen? Nee Pak, dat gaat niet.) en koop een nieuw voor zaterdag. Donderdagavond laat komt er nog een smsje. Hij had er even niet aan gedacht maar morgen is het vrijdag en dus sholat (bidden in de moskee). Hij haalt me om 1 uur op in mijn hotel. Mijn haast nachtelijk vertrek uit Solo had dus best later op de morgen gekund.

Het is bijna twee uur als hij vrijdags in het hotel komt. ‘Eh, nou, eh, nee. Nu nog naar Jepara? Te laat Pak, drie uur heen, drie uur terug, dat wordt niks.’ ‘Eh, hoe kan ik dan de meubels zien?’ Hij weet het niet maar misschien heb ik een idee? De ideeën die ik nog in het hoofd heb zijn vooral gewelddadig. Dag mijnheer, dag mijnheer. Ik ben niet zo blij.

Troosteten bij Toko Oen, een restaurant dat hier sedert 1928 is gevestigd en waar sindsdien opvallend weinig is veranderd, zelfs de ober lijkt overgebleven uit de dagen van weleer. Een zanger van rond de tachtig zingt ballades en kroncong met een zuivere, hoge stem die de passende intonatie vindt bij elk gezongen woord. Tempo Dulu, een reis naar de tijden van voor ik zelfs maar geboren was. De nasi goreng is de beste die ik ooit at, de saté is overheerlijk. Tien minuten Toko Oen en ik ben vervuld van een gevoel van dankbaarheid; dat ik hier mag zijn en de gracieuze eenvoud op me in mag laten werken. Semarang, Midden Java.

Een columnist stelt in NRC dat bootvluchtelingen, misschien (sic) met uitzondering van mensen uit Syrië, gelukzoekers zijn. Het gaat in Afrika economisch immers steeds beter? Hij geeft internet de schuld; de snelle communicatie en de te mooie voorstelling van Europa die daar binnen komt … Maleisië, Indonesië en Thailand sturen bootvluchtelingen, voornamelijk Rohingya uit Birma, terug naar de zee op. Myanmar (Birma) moet het zelf maar oplossen en die mensen op zee …. Europa maakt wat inadequate plannen, het moet betaalbaar blijven. Zijlstra vergelijkt ze met een crimineel, Katie Hopkins, columnist voor de Sun in GB, noemt bootvluchtelingen kakkerlakken en stelt voor de boten gewoon in zee te schieten.

De zee is moe” zong Paul van Vliet. Ja, meer dan ooit zou ik denken, en niet alleen de zee.

Internet; rijkdom blijft geen gerucht meer, is niet verborgen maar voor iedereen zichtbaar. Of afgunst nog afgunst mag heten als nood en honger samengaan met rechtvaardigheidsgevoel vind ik geen lastig te beantwoorden vraag. Hoe de chinees die 12 uur per dag telefoons in elkaar frut voor een salaris van bijna niets uit te leggen dat de mevrouw die voor de verkoop verantwoordelijk is 80 miljoen per jaar ontvangt weet ik dan weer niet. De soapies met hun altijd welvarende karakters in grote huizen en dikke auto’s zijn te zien op elke TV, de indringende commercials voor vaak onnutte maar wel dure producten eveneens; vette onderstrepingen van onredelijke ongelijkheid. Zaadjes voor een revolutie vallen steeds meer en overal. Het botte, zelfgenoegzame argument van “we hebben het verdiend” is intussen ver voorbij de houdbaarheidsdatum en, daar heeft die columnist zeker gelijk, de ramen en deuren dichthouden is mede door internet onmogelijk. Waarom je dat wel zou willen is weer een andere vraag. Als de uitspraak ‘jij bent mij in een andere gestalte’ waar is, en dat geloof ik met heel mijn hart, gaan we wel heel erg schizofreen met onszelf om.

Intussen ligt de opening van mijn tentoonstelling in Leerdam alweer achter me. Het was goed, zeer goed. Het is een prachtige tentoonstelling geworden en de reacties waren uiterst positief. Me een dag lang wentelen in complimenten gaat me opvallend goed af. Nu weer gewoon aan het werk in Hilvarenbeek, wandobjecten maken voor een restaurant in Afrika. Het voelt een beetje als opnieuw beginnen.

Veel liefs, Frank

DSC_0224[1] DSC_0223[1]

 

 

 

 

 

 

Samen, allemaal

Lieve Allemaal,

Het werd een onvoldoende voor die spreekbeurt half zestiger jaren. Eigen schuld wellicht, hij had het op zijn minst kunnen voorzien. Fout onderwerp en een nieuw pas ingevoerd beoordelingssysteem – de toehoorders, de klas dus, mochten het cijfer bepalen – vormden een slecht startpunt voor het verhaal van een wat wereldvreemd jochie van vijftien dat toch al nooit bij de binken hoorde. Niet voorzien van kennis of inzicht, slechts gebaseerd op een vage notie dat er iets moest gebeuren had hij, het Biafra uit de kranten en het journaal op zijn netvlies, ontwikkelingshulp als onderwerp gekozen. Geen sexy thema. Een half uur volpraten met woorden als ‘geven naar vermogen’, compassie en naastenliefde en wat vaag gestuntel over promillages die hij tot procenten omgebogen wilde zien. De klas vatte het op als ‘een vermogen moeten geven’, zag geen enkele noodzaak en begreep dat de jongen nog gekker was dan ze al dachten.

Verongelijkt worstelde hij zich zwetend door de laatste tien minuten waarin de klas vragen mocht stellen en sloot af met woorden die als een bedreiging klonken: ‘Als wij het niet brengen komt de dag dat ze het komen halen’. Het werd joelen en een vette onvoldoende.

Het cynisch verminderen van het toezicht op de Middellandse Zee – mogelijk verdrinken er eerst wat meer maar dan wordt het wel minder – heeft het tegendeel bewerkstelligd. Duizenden zijn verdronken maar er waren negenhonderd doden met één schip nodig om tot een nieuw tienpunten plan te komen. We gaan het anders doen. In den Haag eindeloos overleg of we mensen, waarvan iedereen het erover eens is dat ze niet kunnen blijven, nu wel of niet van de meest elementaire behoeften moeten voorzien zolang ze hier zijn. Het gaat niet zozeer om de kosten lees ik, die schijnen wel mee te vallen, maar principe hé, en de kiezer naar de mond praten. Dat een goed deel helemaal niet terug kan past even niet in het plaatje, de mens is al lang uit beeld.

Dat jochie van toen, ik was het zelf, weet vandaag maar een klein beetje meer. ‘Ze komen het halen’ klinkt niet meer als een bedreiging, het is een logisch en begrijpelijk feit van de dag geworden. En ik kan het ze niet kwalijk nemen. Roepen dat ze opgevangen moeten worden in de regio. Halb werk Zijlstra, dan moet je ook wat doen. Pas als die opvang er werkelijk is, geen verrotte tent met een emmer voor twintig man in de hoek maar adequaat, pas dan kunnen we verder praten. Waarom heeft de VN moeite om zelfs maar die dertig miljoen die broodnodig zijn voor Yarmoek, dat kamp in Syrië bij elkaar te krijgen?

Die spreekbeurt doe ik niet nog een keer. Ook vandaag zou de klas me een vette onvoldoende geven vrees ik.

Intussen wordt in Alexandra, Alex zeiden we liefkozend, het leger ingezet om het moorden met xenofobische achtergrond te beteugelen. Afgelopen nacht weer twee slachtoffers. De koning van de Zulu’s – van de Zulu’s for Christ sake!!! – heeft woorden gegeven aan een blijkbaar aanwezig Volksempfinden: ‘Die luizen moeten eruit’ hield hij zijn gehoor voor. Dat ging dus over buitenlanders in Zuid-Afrika, Wilders in Afrikaanse uitvoering. Geesten komen makkelijk uit de fles, erin terug is een ander verhaal.

De m.i. echte oorzaken van al die haat en afgunst, grof zakkenvullende politici die, allang losgezongen van het volk waarvoor ze pal zouden moeten staan, een nieuwe auto belangrijker vinden dan de waterleiding voor de moeder van Emmanuel, de uitzichtloosheid die inadequaat bestuur met zich meebrengt, ze worden niet benoemd. Stemmen krijgen ze toch wel, ze hebben immers het land bevrijd? En ongemerkt leidde een geest van beschamend egoïsme en neo-liberalisme (is er verschil tussen die twee?) de mensen naar een nieuwe onderhorigheid.

Vanavond klinkt die zacht zoete tenor luid en duidelijk, net als toen met een vleug van wanhoop. ‘We moeten het samen doen, samen, allemaal.’

Veel liefs Frank

 

Rekenmachientje

Toen was alleen het rekenmachinetje over als kompas. Briljant in het berekenen van overheidstekort, economische groei en hoeveel centjes een investering opleverde, kon het machientje de mens niet zien staan. Dat was wel jammer.

Bali, Goede vrijdag 2015.

Lieve Allemaal,

De Mattheus Passion van Bach uit mijn stereo klinkt tot over de sawah’s, in de kamer roept een tokeh – negen keer, dan mag je een wens doen – in de verte oefent het lokale gamelanorkest. De omgeving werkt vervreemdend op de muziek en toch speelde de geschiedenis waar goede vrijdag de herdenking van is zich af in een wereld die meer overeenkomsten heeft met het Bali van vandaag dan bijvoorbeeld met Nederland.

Bij het herlezen van “Angst voor de vrijheid” van Erich Fromm viel me op hoezeer zijn beschrijving van de instelling van mensen tijdens en voor de middeleeuwen op die van de bewoners van het huidige Bali past. Dat daardoor hier een botsing met moderniteit aan de gang is; misschien is het onontkoombaar. Het laat onverlet dat de grondhouding er nog altijd een is die ‘tijd is geld’ niet kent en waarin waarde en geld twee verschillende zaken zijn.

‘Westerse’ normen en ideeën rukken intussen op, niet die van de zoekers en denkers. Het simplisme dat aan een rekenmachine genoeg heeft gaat de strijd aan om de gunst van ook de mensen hier met, op het eerste gezicht, aantrekkelijke horizonten die leegte uiteindelijk maar tijdelijk opheffen. En dat is ook de bedoeling denk ik, direct door naar de volgende doelstelling. Maar de focus op meer van de dingen die we kunnen zien, op materie, leidt vroeg of laat tot de ontdekking dat een nieuwe motor, meer geld, een groter huis of welke verworvenheid dan ook, vluchtige antwoorden zijn op vragen die de ziel nooit stelde.

Ik ga er niet over maar ik hoop dat de bewoners van Bali stand houden en althans een deel van hun cultuur blijven koesteren. Ubuntu (ik ben omdat wij zijn) is geen Balinees woord en toch leeft de Balinees in de wetenschap deel van een geheel te zijn. “Met de (voorzichtige) opkomst van het kapitalisme won de mens zijn vrijheid , tegelijk raakte hij los van de banden die hem veiligheid en vertrouwde zekerheid plachten te bieden” schrijft Fromm. Bij alle winst lieten we ook veel uit onze vingers glippen. Terugvinden is dan een ander verhaal.                                                                                                            Bhutan introduceerde een aantal jaren geleden de BNG index – Bruto Nationaal Geluk index. Een zinnig signaal hoewel lastig te meten. Intussen zou het niettemin helpen als de rekenmachine wat opzij gaat en we met zijn allen de prioriteiten wat verleggen. Al was het maar als een voorbeeld voor Bali waar dezelfde valkuil waar wij ooit in gedonderd zijn om de hoek ligt. Goede vrijdag was een goede gelegenheid dat eens te overdenken.

Tijdens het flitsbezoek aan Nederland liet ik een paar objecten achter bij Marco Hamoen die ze zou fotograferen. Nu is Marco een van de beste fotografen van Nederland dus de verwachting was hoog. Van de week kwamen de foto’s; tien keer mooier dan gedacht! Fijn natuurlijk maar, ‘elluk foordeel hep se nadeel’. Mijn eigen foto’s durf ik nauwelijks meer in een blog te zetten. Daarom maar een paar van die prachtige foto’s van Marco. (Tentoonstelling opening 17 mei aanstaande in glasgalerie Leerdam. Welkom!)FrankvdH_310320150037FrankvdH_310320150049

Intussen werk ik gewoon door, af en toe een beetje balancerend op de rand van depressie. Nee, geen (persoonlijke) reden. Alles gaat goed en hoewel ik vanavond moest vaststellen dat een bepaald stuk na drie reddingspogingen nu toch echt verloren is – mijn fout, stom stom stom – komt alles best op tijd klaar.                                                   Teveel denken misschien. En die gedichten waarop ik mijn werk baseer, daar staat soms meer in dan je wilde weten.

De strijd met Ibu Putu is nog niet gestreden. Vriendschappelijk hoor, en haar wapens zijn grote borden eten dus het is niet echt gevaarlijk maar toch, het is een beetje oorlog. Dat zit zo. Ik ben wat afgevallen en dat is prima zo. Maar Ibu Putu is het er niet mee eens. Te mager zegt de vrouw wier botjes ik op afstand kan tellen. Ik bestel een kleine portie nasi goreng of iets dergelijks – klein ja, ik heb niet veel trek – en zij komt aan met een schaal vol. ‘Opeten, is gezond!’ Een vruchtensap uit de blender, zonder suiker. Ze maakt ‘per ongeluk’ wat teveel. Zonde om weg te gooien dus ik krijg twee volle glazen. ‘Vitamines, heel belangrijk!’

Tegenwerking die goed doet. Bestaat ook. Bij het afrekenen ben ik altijd degeen die uitrekent hoeveel het totaal is. Ibu Putu heeft geen rekenmachine.

Veel liefs Frank

 

Verwondering

formcartoon_10663_4bb54889831a39b33ef4f853976e100248453273-468x293

 

 

 

 

 

 

 

Lieve Allemaal,

Het is het jaar 1937 en stikdonker, ik zit op het terras, er mag geen licht aan vanavond. Alles is doodstil op die rothonden bij de buren na, het is Nyepi, het Balinese nieuwjaar. Gisteren net terug gekomen uit Nederland en de rit van het vliegveld naar huis duurde uren. Overal de Ogoh-ogoh, groteske figuren die elke banjar (buurt) maakt en vervolgens in processie rondsjouwt over hoofdwegen en achterweggetjes, alles was verstopt. Bij ceremonies is er geen consideratie met verkeer, toerisme of wat dan ook. En vandaag dus verplichte rustdag, machines mogen niet en het plonsen van het zwemmen durfde ik ook niet aan. Niet zo’n probleem: ‘hij is een beetje moe’.

Het bezoek aan NL was kort: glas halen en brengen, alles voor de tentoonstelling straks in mei. De dichtst bij zijnde dealer zit in Australië maar daar is het glas zo duur dat een ticket NL uiteindelijk goedkoper uitkwam. Bovendien kon ik zo al een flink deel van de tentoonstelling meenemen. En lekker tweeëndertig uur in het vliegtuig. Vroeger adverteerden busondernemingen met ‘echte vliegtuigstoelen’, ik neem aan dat ze dat niet meer doen. Niettemin, blij dat het allemaal weer veilig verliep.

Dat ik er tijdens de verkiezingen was hielp natuurlijk helemaal niets. Ik begrijp het niet meer. Visieloos met een partij vol kwartjesvinders en toch de grootste blijven. De eerste resultaten zijn te lezen in hun ‘nieuwe plan’ m.b.t. asielzoekers: grof egoïsme verkleed in plastic compassie. En dat dan ook nog eens zonder enig benul van internationale verdragen. Alvast een deur open zetten voor straks of uit overtuiging van hetzelfde laken en pak als die blonde gek? Elk land krijgt de regering die het verdient. Wat hebben jullie dan in ‘s hemelsnaam allemaal uitgespookt terwijl ik weg was om zo gestraft te worden?

Dat twee dagen na mijn aankomst in NL een achttal Facebook vrienden opeens een trip van de KLM naar Bali gingen liken heeft een beetje zeer gedaan. Niet subtiel jongens, niet subtiel.

Thuis was alles goed behalve met de waterpomp, die was stuk. Vermoeid. Oververmoeid meende Pak Par. Het zou best kunnen. Door een dom plan deel ik de waterpomp met de buren die er drie huizen op hebben zitten en volgens mij de dag doorbrengen met douchen en badderen; er gaat water doorheen als door een middelgrote rivier. Pomp moe en nu dus dood. Na het weekend zal de discussie wel komen wie wat en hoeveel betaalt. En een paar vissen waren dood. Meer dan zeventig vissen intussen en toch sta ik treurig te kijken naar de dode vissen die tussen de waterplanten liggen. Leven, hoeveel snappen we er echt van? Ik lees over universums die mogelijk naast dat van ons bestaan, ontelbare wellicht, en stel vast dat het niet veel is. Dat begrip van mij bedoel ik. Ik denk met een glimlach aan J. die opperde dat het misschien allemaal gewoon een scheikundig experimentje is van een scholier in een andere dimensie. Veel verder dan verwondering over de oorzaak van de oorzaak kom ik niet. Hoeft ook niet, verwondering is een prima gereedschap om blij in het leven te staan.

Morgen weer aan het werk. Veel slijpen en polijsten, niet mijn favoriete bezigheden maar het wordt er wel mooi van. En op stap naar de zandstraler, het kan want mijn rijbewijs is weer verlengd. Dat moet elk jaar, ze willen er niet aan denken dat ik straks met een geldig rijbewijs zit terwijl mijn verblijfsvergunning is verlopen. Dat de verblijfsvergunning elk jaar 6 maanden voor het rijbewijs verloopt is geen probleem. Lees: per jaar verlengen brengt meer geld.

Eerst naar de dokter voor een gezondheidsverklaring. Juffrouw vult formuliertje in, kijkt niet naar mij, ik betaal twee euro en ben weer helemaal gezond. Koopje! De politie intussen heeft iets nieuws bedacht, ze willen nu ook een kopie van mijn paspoort, die verblijfsvergunning telt opeens niet. Terug naar huis, langs de copyshop en weer naar de politie. ‘Ah, maar uw rijbewijs is gisteren verlopen.’ ‘Ja, daarom kom ik het verlengen.’ ‘Tja, het is niet meer geldig dus we kunnen helemaal niet verlengen, u moet opnieuw aanvragen.’

Het werd een warrige test op een computer. ‘Mag je met een ladder van, pak ‘m beet, een metertje of tien hoog op je schouder motor rijden?’ ‘Mag je voetgangers op een zebra omver rijden?’ ‘Mag je om de gesloten halve bomen van een spoorwegovergang slalommen?’ Tja, dat moet je allemaal maar weten maar, voor Bali wel relevant. (Behalve die spoorbomen, we hebben hier geen trein.) In de verwarring ben ik intussen, geheel volgens politieplan lijkt me zo, toch gezakt. 5 op 30 fout was er één teveel. Protest van mijn kant. Niet rechtvaardig! Ik had een rijbewijs! Ik rijd al meer dan veertig jaar! (oeps, is het verstandig te benadrukken dat ik al zo oud ben?) Indonesisch is niet mijn moedertaal! Enz.

De chef! De chef!!!

Rustig maar, de chef kon het wel regelen. ‘Hoeveel heeft u vorig jaar betaald?’ Eerst veinzen dat ik dat niet precies meer wist om uiteindelijk toe te geven: 300.000 rupiah (€ 19,–) Oh, nou, voor dat geld kon het nu ook hoor, geen zorg ziet u wel? Hij hielp de mensen graag. Vijf minuten later stond ik buiten met een nieuw rijbewijs. De prijs vier euro hoger dan normaal. Tot volgend jaar maar weer. ‘Wordt niet boos, verwonder u slechts’, zegt D.

Lieve groet, Frank

Onze handen

Lieve Allemaal,

Een foto in de krant, het slaapt niet goed. De twee Australische veroordeelden zijn van Bali naar Java getransporteerd in een ziekmakend theater waarin tientallen agenten en militairen een rol in speelden. Daar, in Java, zullen ze worden geëxecuteerd, samen met acht andere mensen. Eén van de komende dagen zal ik opstaan en lezen dat het over is. Ik weet het: elke minuut vallen ergens op deze wereld slachtoffers en toch is dit weloverwogen ombrengen van tien mensen een steen op het kussen van de nacht.P3pengadilan.img_assist_custom-512x314

 

 

 

 

 

 

 

Ook een laatste pleidooi voor de rechter had geen effect.

De muilezels – zeker, stomme idioten die zich voor een kar lieten spannen in de hoop op wat geld – moeten dood. De principalen, het ging hier om drugs die vanuit Indonesië naar Australië zouden worden verscheept, blijven buiten schot. Een war on drugs, gelijk een war on terrorism of een war on murder in general; het gaat niet werken. Gepast ingrijpen waar nodig en mogelijk, vanzelfsprekend, maar onze enige echte hoop ligt in het werken aan een gezindheid die de ander als mens ziet staan. Ook het doelbewust neerknallen van een Filipijns meisje is, als we de triest makende beperktheid van haar wereld willen begrijpen, een misdaad. Het brengt me tot een diep gemeend ‘god doe iets’ om me ogenblikkelijk te realiseren dat er geen andere handen voorhanden zijn dan de jouwe en de mijne. Blijven kijken naar alle geweldige mensen en initiatieven die er ook zijn houdt ons in de lucht en, hopelijk, geïnspireerd. Het is nodig.

Indonesië doet veel moeite ter dood veroordeelde burgers, waar ook in de wereld, van hun lot te redden. Miljoenen dollars gingen naar Saoedi Arabië als smartengeld – nog zo’n verfoeilijke instelling, alsof je de gevolgen van moord met geld kunt verzachten – om twee burgers vrij te krijgen. Zelf toont Indonesië zich niet gevoelig voor welk pleidooi dan ook. Munafik, een woord uit het Arabisch dat ook Indonesisch is; hypocriet. ‘The fat lady’, Megawati Sukarnoputri, een vorige president, is tegen elk gebaar en de huidige president lijkt, na een hoopvol begin, te zwak zich tegen haar, hoofd van zijn partij, te verzetten. Deze week presteerde hij het studenten van een jaar of zestien eerst grondig te beleren over vijftig drugslachtoffers per dag (?) en vervolgens hun akkoord te vragen met de doodstraf voor drugs related crime. In een land waar tegenspreken van autoriteit ‘not done’ is, zoekt hij bevestiging van een onverdedigbaar standpunt bij kinderen. How low can you go?

Het valt over de hele linie nogal tegen met president Jokowi. Hij is, denk ik nog steeds, een minder verschrikkelijke optie dan Prabowo, de bewezen moordenaar die het net niet haalde, niettemin; het valt tegen. Zeer.

De vervelende serveerster was vertrokken en ik was juist weer begonnen af en toe bij LalaLili te eten. De bazin, blij dat ik weer terug was, was overvriendelijk en – je moet iets zeggen – prees Zoef elke keer de hondenhemel in. Wat heeft Pak Frank toch een lieve hond. En zo schoon, en zo’n mooie vacht, en zo gezond… Wij, Zoef en ik, waren niet echt onder de indruk en voor Zoef kwam daar nog bij dat hij bij Ibu Putu weliswaar minder complimenten maar wel vette kluiven krijgt. Zoef weet aan welke kant zijn boterham gesmeerd wordt. Zo ook de eigenares van LalaLili, …dacht ik. Sinds een week of zo heeft ze iets nieuws bedacht. Urenlang draait ze, als een soort achtergrondmuziek, een bandje met de, zeer letterlijk, eentonige mantra ‘Om Swastiastu’ duizend keer herhaald. Op mijn vraag of de gasten dit mooi vonden wist de serveerster het antwoord niet. Mijn ‘ik wel’, mét implicatie, viel niet in goede aarde. Maar weer even geen LalaLili.

Ach ja, kritiek op Indonesië – was sich liebt das neckt sich? Hoe geweldig zou het zijn als ik het kon uiten vanuit een weten dat in Nederland alles goed en wel is. De realiteit is anders. Hadden we eerst een MP zonder visie; zover het niet eerder duidelijk was, ook met moraal is het mis. Zijn vaststelling dat het beter is dat jihadstrijders sneuvelen in Syrië dan dat ze terugkeren naar Nederland is niet zomaar schokkend, het onderstreept het failliet van alles waar (de) Nederland(se overheid) ooit voor stond. Geen idee of hij excuses gaat maken, het maakt ook niets uit. Dit zit in zijn hoofd en met dit soort denkbeelden hoor je niet thuis in het centrum van de macht. Waar wel? Ik kan zo gauw geen plaats bedenken. Joep Dohmen schrijft dat naastenliefde te hoog is gegrepen voor de mens, hij ziet meer in sympathie. Ik ben het grondig met hem oneens maar zelfs dan, voor onze MP is ook dat blijkbaar een brug te ver. Ons land is er treurig aan toe. Er ligt werk te wachten.

Ik ga ervan uit dat we ons best doen. De WRR (Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid) stelt vast dat de culturele waarde van de kunst voorop moet staan en niet de vraag wat het maatschappelijk of economisch nut is en gaat daarmee in tegen het rendementsdenken over kunst en cultuur. Het forensen gaat een probleem worden maar anders zou daar toch een baan voor mij liggen. Die conclusie had ik echt wel paraat zonder kostbaar onderzoek en lang geëpibreer. De dromen die kunst ons kan bieden zullen blijken (deels) de bouwstenen te zijn voor een nieuwe morgen, een nieuwe dag. Verbeelding, voorbij wat we wisten en wat geaccepteerd was, ver voorbij conventie, persoonlijke hang ups en hoe het hoort; jouw en mijn handen kunnen daarmee aan het werk.

Veel liefs, Frank

Nachtuur

Lieve Allemaal

De hagedisachtige beesten die hier in elk huis wonen heten tokeh’s . What’s in a name? Nou, het is meer van ‘the name gives it away’. Kakten ze eerst elke nacht dikke klodders net voor mijn schrijftafel – van zes meter hoogte plats plets – nu doen ze het bovenop de tafel. Ja, je kon er op wachten hé; tokeh’s. De vleermuizen doen weliswaar hetzelfde vanuit de nok van het dak maar dat is buiten en bovendien brengen vleermuizen geluk. Ook smerig maar toch anders. De pomp van het zwembad bleef steken. Gebeurt wel eens. Vuiltje tussen de klep en het water loopt terug in de bak die dan, overvol, overstroomt. Makkelijk op te lossen; de pomp even opnieuw aandoen, vuiltje spoelt weg en klaar. Maar even niet als de elektriciteit net op dat moment uitvalt. Tuin onder water, halfleeg zwembad. (Of noem je, in het kader van positief zijn, een zwembad ook halfvol?) En een rat heeft een rol plakband uit de studio gejat. Onder de oven teruggevonden, nog wel plak, geen band meer. Ik denk dat ik zo mijn problemen wel uitputtend heb behandeld, meer is er niet.

Het heet geluk. Het laat ook alle ruimte om veel te denken, een luxe; vaak een genoegen, soms een last. De meeste mensen in mijn omgeving hebben hun handen (en hoofd) vol met dagelijkse beslommeringen. Hoewel minder heftig dan in Afrika is ook hier de vraag hoe er eten op tafel komt. Dat, de aflossing van de motor, elektriciteit en, natuurlijk, hoe betaal ik al die offers en ceremonies. Scholing van de kinderen staat dan, misschien begrijpelijk, lang niet overal op de eerste plaats en zo blijft de cirkel rond.

Over hoe het leven verder ingericht is of zou moeten worden weinig gedachten. De, soms heftige, ontwikkelingen in Indonesië krijgen hier nauwelijks aandacht. In een lang gesprek met een onderwijsdeskundige uit Singapore kwamen we er op uit dat de ‘waarom’ vraag hier uit het onderwijs gebannen is. ‘Leer kinderen hoe te denken, niet wat te denken’ las ik ergens. Klaarblijkelijk leidt dat tot een onzekerheid die zo bedreigend is dat het establishment er hier niet aan wil. Toen mijn gesprekspartner op een school voorstelde dat het beter zou zijn de kinderen zelf de vrucht die de lerares in haar hand te laten benoemen, zelf de kleur aan te geven en wellicht zelfs de vrucht (het was een appel) samen open te snijden om verder te onderzoeken, meende de lerares dat zoiets maar tot verwarring zou leiden. En vruchten snijden, dat mochten ze niet.

Een denkende (midden)klasse is de schrik van elke dictator en elk uitbuitend systeem, het is niet voor het eerst dat ik denk dat het sommige mensen hier goed uitkomt dat het schoolsysteem zo belabberd is. Het waarom, als altijd zijn er geld en macht in het geding, zal ik wel nooit echt begrijpen. Goed beschouwd is er wel veel dat ik niet begrijp. Hoe je een bijstandstrekker financieel kan schofferen om een foutje of verschrijving en tegelijk forse, ten onrechte verkregen bedragen afdoen als klein bier is ook zoiets.

Het is even uitgesteld, het ziet er niet naar uit dat het tot afstel komt; weer negen mensen zullen hier voor het vuurpeloton worden geleid. Onder de slachtoffers – kun je ze anders noemen? – zijn twee Australiërs. Er zijn veel redenen om tegen de doodstraf te zijn, één is mij al ruim voldoende; je verlaagt je niet tot het niveau van een dader. Mogelijke dader omdat de geschiedenis leert dat in elke rechtspraak fouten (soms) worden gemaakt. Zoals Nederland dat een aantal weken geleden deed, doet nu de Australische overheid haar best dit oordeel, voor haar eigen burgers!, van tafel te krijgen. Wij, Australië, hebben jullie tien jaar geleden met een miljard dollar geholpen toen de tsunami toesloeg, jullie zijn dit nu aan ons verplicht. En daarnaast de dreiging van een boycot van Bali als toeristenbestemming.

Een kleine rimpeling tussen de stormen van de wereld, die evenzogoed mensenlevens betreft. Een bittere illustratie van een mentaliteitskloof. Ook van selectieve verontwaardiging en een westers superioriteitsgevoel dat zijn pendant vindt in het gevoel in dit land als minder te worden gezien. Doodstraf moet de wereld uit maar deze stappen brengen hakken in het zand.

Intussen werken voor de tentoonstelling in glasgalerie Leerdam, opening 17 mei a.s. Hieronder twee objecten en het gedicht dat aan de basis lag.

Lieve groet, Frank

IMG_2102IMG_2120_2 Document3

speaking terms

Hij is acht jaar oud en op de, tot drie keer toe herhaalde, vraag van zijn leraar of hij Charlie was antwoordde hij ontkennend. Nee, Nee, NEE ?!? Nee, hij was voor de terroristen. Een paar uur lang werd dit levensgevaarlijke kind ondervraagd door de politie. Nee, hij wist ook niet wat terrorisme was maar hij was moslim en die cartoons, dat moest niet zijn.

De terroristen hebben succes; paniek en idioot gedrag, het resultaat is zonder twijfel nog meer verdriet dan wat we tot nu hebben gezien.

Lieve Allemaal

Gezinsuitbreiding! Ik ben er wat laat mee maar nu is het toch zover en gelijk wel fors. In de vijver langs het huis wonen (woonden) ongeveer dertig “komets”, kleine rood/oranje visjes. Dat is niet meer zo, een telling vanmorgen leerde dat het er intussen vijftig of meer zijn. Redelijk dikke pappa’s en mamma’s en een flink aantal heeeele kleintjes. Is het een teken dat ze het wel naar hun zin hebben – alles goed en in orde – of hebben ze zich zo verveeld dat ze toen maar… Ik weet het niet maar geniet intussen van een klein wonder.

Velen in Penestanan zijn bezig met de komende crematies, drie maanden verderop in de tijd. Vanavond at ik bij Ibu Putu en zij besteedt elk vrij uurtje aan het maken van bepaalde onderdelen van de offers die gebracht gaan worden. Bergen, grote bergen offers. Vier leden van haar familie zijn in de afgelopen tijd overleden en worden dus gecremeerd. Ze hoopt maar zo dat het genoeg is voor alle offers; elke dag vlijtig knutselend heeft ze daar toch zorg over. Het is anders dan bij ons in het westen maar haar oprechte betrokkenheid raakt me. Hindoeïsme is een van de grote wereldreligies (al zullen mensen uit India, het grootste Hindoe land, de gebruiken in Bali nauwelijks herkennen) en van de rituelen begrijp ik weinig tot niets, wat achter die rituelen verborgen ligt is niet veel anders dan waar dan ook. Een religieus gevoel dat gekanaliseerd wordt via lokale gebruiken. Jammer dat kerkelijke instelling en religie haast synoniem zijn geworden terwijl een religieuze instelling natuurlijk niet aan een kerk gebonden hoeft te zijn. Andersom misschien ook wel niet, denk ik vaak. Het zijn niet de Ibu Putu’s van deze wereld die religie aan een slechte naam hebben geholpen maar de machtsinstituten die grof misbruik maken van de zoektocht naar zingeving die in elk mens aanwezig is.

De politie staat nogal in de picture. Het beoogde nieuwe nationale hoofd van de politie werd vlak voor zijn benoeming aangeklaagd door de commissie die corruptie moet bestrijden. Hij stortte, onder andere, honderdvijftig miljoen cash (dollars, geen rupiah) op de rekening van zijn zoon van twintig. Zoiets roept vraagtekentjes op dus die benoeming moest even in de ijskast. Tegen de zin van een aantal politici want er konden wel eens meer lijken uit dezelfde kast komen. En ook tegen de zin van de politie die gelijk maar alle leden van de commissie aanklaagde voor allerhande vergrijpen. (Net werd bekend dat een rechter die commissie heeft verboden een politieofficier als verdachte aan te wijzen. De verdenking dat je met 150 miljoen dollar wel het een en ander kan doen op het gebied van ‘rechtspraak’ is niet geheel zonder grond.)

Het verkeer, de kleine diefstalletjes zover aanwezig, allerhand vergrijpen blijven intussen een mooie gelegenheid de zakken van verschillende agenten te vullen. Praktisch alles is te koop. Het is ook niet uit meegevoel met hermandad dat ik het achteraf geen goed plan vind. Maar dat het geen goed plan was is wel gebleken.

Bij Kuta, ik schreef het eerder; je wilt er niet dood gevonden worden, glipte ik in mijn haast door een stoplicht dat, toegegeven, net op rood was gesprongen. Niet goed maar in de chaos die het verkeer hier is, toch iets minder ernstig dan in b.v. Nederland. Over het kruispunt stonden een aantal agenten en hun ‘hee, hee, hee’ was feitelijk zeer hoorbaar maar ik besloot het even niet te op te merken en reed met flinke vaart door om me, nog geen honderd meter verder, te herinneren dat de vorige keer, toen ik daar een bijna rood meenam, een agent achter me aan kwam op zijn motor. Nog harder rijden was geen optie. Snel glipte ik naar rechts en parkeerde voor een K-mart en ging binnen ‘ om iets kopen’. Net op tijd, ik zag vanuit de winkel een agent speurend langsrijden. Gelukt? Niet echt!  Eerst een kwartiertje voor de winkel, half verscholen achter een geparkeerde auto, als een crimineel op de vlucht zitten wachten en toen, met grote aarzeling, weer door. Twaalf afslagen verder nog steeds achter me kijkend of niet toch… En die nacht twee keer wakker geworden van een agent die naast mijn bed stond. Geen goed plan. Dat ik een paar agenten hun smeergeld heb onthouden spijt me niet maar toch, volgende keer misschien maar gewoon niet door rood rijden.

Intussen werk ik hard voor mijn tentoonstelling die op 17 mei aanstaande in Glasgalerie Leerdam opent. Glas waar ik hard en met veel plezier aan werk; om mezelf uit te drukken en met de hoop gedachten op gang te brengen, niet bedoeld om grenzen te ontdekken door ze te overschrijden.

Mijnheer Lars Vilks wilde politieke correctheid in de kunstwereld ter discussie stellen dus tekende hij Mohammed als een hond. Dat het zoveel commotie zou geven onder moslims had hij niet verwacht, ‘naïef misschien’, vindt hij zelf. Ik blijf gewoon van mening dat iedereen het recht heeft zich te uiten op de manier waarop hij/zij dat nodig acht. De enig acceptabele manier er tegenin te gaan is het (geschreven) woord, geen enkele daad van geweld kan ook maar in de geringste mate gebagatelliseerd of, erger nog, begrepen worden. En toch vraag ik me af waar we mee bezig zijn als redeneringen als die van mijnheer Vilks gemeengoed gaan worden.

Als, zoals ik geloof, kunst communiceren is moeten we wel ‘on speaking terms’ zien te blijven.

Lieve groet Frank

staand liggend

Glas en zilver, geïnspireerd door een gedicht van Rainer Maria Rilke.

Was mich bewegt

Man muss den Dingen

die eigene, stille,

ungestörte Entwicklung lassen,

die tief von innen kommt,

und durch nichts gedrängt

oder beschleunigt werden kann;

alles ist austragen –

und dann

gebären …

 

Reifen wie der Baum, der seine Säfte nicht drängt

und getrost in den Stürmen

des Frühlings steht ,

ohne Angst,

dass dahinter kein Sommer

kommen könnte.

Er kommt doch!

 

Aber er kommt nur zu den Geduldigen

die da sind,

als ob die Ewigkeit vor ihnen läge,

so sorglos still und weit …

 

Man muss Geduld haben,

gegen das Ungelöste im Herzen,

und versuchen, die Fragen selber lieb zu haben,

wie verschlossene Stuben,

und wie Bücher, die in einer sehr fremden Sprache

geschrieben sind.

 

Es handelt sich darum, alles zu leben.

Wenn man die Fragen lebt,

lebt man vielleicht allmählich,

ohne es zu merken,

eines fremden Tages

in die Antwort hinein.

Mezelf zijn

We make a living by what we get

We make a life by what we give

Lieve Allemaal,

Urenlang rijden door de velden en de schoonheid van Bali genieten; een goed plan om een zinnige invulling te geven aan wat eigenlijk een rotdag is. Op de sawah’s wordt gewerkt, de wegen naar het noorden zijn rustig, er is overal wel iets om te bekijken; hier een trouwerij, daar een crematie en weer verderop een ceremonie voor ik weet niet wat. De diepere zin ontgaat me meestal maar het is een mooi gezicht. De bergen op de achtergrond, terrassen met sawah’s maken een stapeling van eindeloos groen en een overweldigend landschap. Ik tuf met een rustig gangetje door, het is genieten. Er zijn van die data; in deze maanden is het een hele serie. Feitelijk is het onzin, er is geen echt verschil tussen de data, maar zo voelt het niet. Tien jaar en het is nu echt voltooid verleden tijd bedenk ik, alsof dat niet vanaf dag één het geval was. En toch, nog steeds rent – zoals altijd in mijn dromen op weg naar school – in korte broek en wit overhemd, een jongen. Ook tussen de rijstvelden van Bali.

’s Avonds bij Frans gegeten en het was goed. Het zal nooit ‘af’ zijn denk ik en toch: voltooid verleden tijd. Als het weer eens bijt ga ik wel naar die velden. Daar kan hij rennen.

Intussen werk ik hard aan een nieuwe serie objecten voor een tentoonstelling ergens dit voorjaar in Nederland. De basis is een keuze van gedichten van dichters die ik bewonder; o.a. Rainer Maria Rilke, Lucebert, Wally Serote, W.H. Auden, Ingrid Jonker en anderen. Lastig, spannend maar een goed gevoel als het lukt. Noem het mijn reactie op de wereld die ik zie. Ik moet er iets mee en meer dan mijn metertje heb ik ook niet.

’s Morgens de laptop gewoon niet open maken, het internet maar laten; ik zou soms wel willen maar voor struisvogel heb ik echt een te grote kop. Er zijn zaken die ik slecht kan verteren. De satire, wellicht toepasselijk, in het meelopen van een aantal regeringsleiders in Parijs. Satire of opportunisme in de reacties op de dood van de koning van Saoedi Arabië. Zelfverklaarde Charlies struikelen over elkaar in het verkondigen van leugens om oliewil. Intussen wacht Raif Badawi op de resterende 950 stokslagen van de duizend waartoe hij veroordeeld werd. En op tien jaar gevangenis en € 200.000,– boete. Hij had een blog geschreven, beetje liberaal, rook wat naar atheïsme en dat laatste heeft diezelfde koning vorig jaar tot een terroristische daad verklaard. Vandaar. De tachtig mensen die vorig jaar in dat land werden onthoofd wachten niet meer. De ambassadeur van Saoedi Arabië was niet de enige die door Parijs liep met grote pakken boter op het hoofd.

Min of meer gelijktijdig met de aanslagen in Parijs werden in Nigeria, volgens een schatting van Amnesty International, tweeduizend mensen vermoord. Iets eerder in Pakistan meer dan honderd kinderen. Twee feiten uit een lange, waanzinslange lijst. En het stopt niet. Deze week weer meer dan honderd mensen in Kameroen en god weet hoeveel op hoeveel andere plaatsen. De aandacht voor al die ellende is een fractie van die voor de gebeurtenissen in Parijs. Wie is verbaasd dat het beeld ontstaat dat zij ver weg er niet toe doen? Hoe zouden opportunisme, meten met maten die ons eventjes beter uitkomen, iets goeds kunnen brengen?

Het, in mijn optiek smalle, denkraam van Charlie zijn past me niet. Een anekdote uit het NRC komt weer in gedachten. De lerares vraagt de kinderen wat ze later willen worden. Alle beroepen komen voorbij, van ballerina via astronaut tot president. Eén jongetje daarentegen wil niets worden. “Niets worden?” vraagt de juf verbaasd. “Nee, ik wil gewoon mezelf blijven.” Daar kies ik ook voor, laat me Nigeriaan zijn, Syriër, Pakistaan en, en, en … Jij bent mij in een andere gestalte. Dan staat ook vrijheid van meningsuiting in het licht van respect.

De komende maanden wordt het weer hard werken door velen hier in Penestanan. Straks is er een Ngaben Masal, een massale crematie. De Balinese Hindoes – er zijn hier ook, met dank aan de missionarissen, een katholiek en een protestants dorp – worden gecremeerd. Nu was dat ooit, in ieder geval voor de minder vermogenden, een redelijk eenvoudige ceremonie maar die is in de loop der tijd zo uitgebreid geworden, en navenant duur, dat Wayan Modaal het niet meer kan betalen. En het moet toch want wat zullen de buren zeggen als wij simpeltjes … Dus wordt nu meestal eerst begraven en dan, eens in de vijf jaar, is er een crematie voor alle overledenen van de afgelopen jaren. Zo worden de kosten gedrukt, het kost nu ‘nog maar’ tien miljoen rupiah per ‘deelnemer’. Dat is voor dezelfde Wayan Modaal tussen een half en een heel jaarsalaris. “Je moet gaan kijken hoor” zegt Ibu Putu, “het is prachtig hier in Penestanan”.

De gouverneur van Bali vroeg zich in een recente toespraak af in hoever de steeds uitgebreidere ceremonies mede debet zijn aan toenemende armoede. Vast wel lijkt me. Ik kom hier niet met ongevraagde kritiek op al die kostbare ceremonies (zie boven) maar natuurlijk helpt het niet echt. Aan de grotere oorzaken wil ook de gouverneur niet komen; Indonesië is een van de landen waar de verdeling van welvaart het meest ongelijk is. Breder gezien: de tachtig rijkste mensen op de wereld bezitten gezamenlijk evenveel als de 3,5 miljard armste aardbewoners, de rijkste een procent net zoveel als de rest van de wereldbevolking. We moesten maar niet klagen als de prijs van de koffie omhoog gaat omdat de boeren iets meer willen, meer en grotere stappen zijn dringend gewenst.

Lieve groet, Frank